Dirk Scheringa wil dat voormalig president Nout Wellink van De Nederlandsche Bank (DNB) en oud-minister van Financiën Wouter Bos onder ede gehoord worden over hun optreden rond de ondergang van DSB Bank.
Daartoe is een verzoek ingediend bij de rechtbank in Den Haag.
Volgens Scheringa zijn DNB en Financiën medeschuldig aan het faillissement van zijn bank. Toen DSB in oktober 2009 het water aan de lippen stond, en op hoog niveau gepraat werd over reddingsmogelijkheden, zou informatie daarover bewust naar de media zijn gelekt. Scheringa deed daar eerder al aangifte van.
Enkele honderden mensen wisten destijds hoe slecht DSB er financieel voorstond, of konden daar van op de hoogte zijn. Diverse onderzoeken, onder meer van de Rijksrecherche, hebben niet aan het licht gebracht waar dat lek precies zat. Justitie besloot in 2011 mede op grond daarvan DNB niet te vervolgen.
Scheringa zegt nu met zijn advocaten alle feiten op een rijtje te hebben gezet en wil dat nog eens goed naar de zaak gekeken wordt. Daarvoor moeten de belangrijkste betrokkenen volgens de oud-bankier eerst onder ede worden gehoord.
Twee zakenvliegtuigen
De ondergang van DSB is al jaren een hoofdpijndossier voor DNB. Ook de curatoren probeerden tevergeefs de toezichthouder medeaansprakelijk te stellen voor de schade van klanten en schuldeisers. De centrale bank zou te makkelijk een bankvergunning hebben afgegeven en slecht toezicht hebben gehouden.
De curatoren wezen overigens de onkunde van Scheringa aan als hoofdoorzaak van de ondergang van DSB. De oud-politieman en ondernemer had te weinig kaas gegeten van het bankiersvak, en stak bovendien te veel geld in dure hobby's, zoals zijn kunstcollectie, zakenvliegtuigen en voetbalclub AZ.